Het valt bijna niet weg te denken uit het klassieke Nederlandse straatbeeld: zeeën van fietsen, vastgezet aan lantaarnpalen, balustrades en hekjes. Voor een beetje studentenstad is deze wildgroei aan fietsen geen onbekend fenomeen, maar sinds kort kleuren steeds meer straten Delftsblauw. In rap tempo verovert Swapfiets terrein: voor nog geen 15 euro per maand ben je al in het bezit van je eigen huurfiets en bij een lekke band staat de monteur zo op je stoep of kun je terecht bij een werkplaats. “Fietsen is gezond en goed voor de wereld. Onze droom is om in elke stad, in elk fietsenrek een Swapfiets te hebben staan,” aldus medeoprichter Steven Uitentuis.
Aan de toenemende populariteit te zien, blijkt dat voor studenten de keuze tussen een nieuwe fiets, een gestolen fiets van de straat of een Swapfiets snel gemaakt is. Voor een bedrag van 15 euro per maand wordt er een oranje oma-fiets voor je deur bezorgd, voorzien van een opvallend Delftsblauw voorwiel en twee sloten. Bij een mankement app je de snelle jongens van Swapfiets voor een reparatie of in sommige gevallen voor een andere fiets. Je kapotte fiets gaat dan naar de werkplaats, waar mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt de kapotte Swapfiets omtoveren tot een goed werkend stalen ros dat niet veel later de weg weer op kan.
Over Swapfiets
Swapfiets kent een klassiek ontstaan. Een groepje vrienden die een goed idee hebben en dat gaan uitproberen. Voor een vast bedrag per maand krijg jij een Swapfiets en zij zorgen ervoor dat je Swapfiets het altijd doet.
Het bleek een razend goed concept. Na een periode van zelf fietsen opknappen is Swapfiets op het punt gekomen dat het een eigen fiets heeft ontworpen en dat de service naar steeds meer steden gaat.
Op alle fietsen wordt de iconische blauwe voorband gemonteerd. Zo blijft het altijd duidelijk welke fietsen van Swapfiets zijn en wie er allemaal bij de familie horen.
Gelijke kansen
In Delft, waar Swapfiets ontstond, wordt vanaf het eerste uur al samengewerkt met lokale sociale werkplekken. Een mooie formule volgens Steven: “We werken graag samen met organisaties die dit faciliteren. We willen een verantwoordelijk bedrijf zijn en volgens ons past daar ook bij dat iedereen een kans hoort te krijgen om aan het werk te gaan.” Vanuit daar ontstond het idee om dit in de andere steden ook te doen. De werkplaatsen van Swapfiets met hun vaste monteurs vermengen zich nu steeds meer met helpende handen afkomstig van sociale werkplaatsen.
In Nijmegen wordt zelfs de hele fietsenmakerij draaiende gehouden door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, vertelt Uitentuis enthousiast. Een stilte valt waarin de steeds zo mondige Steven duidelijk even nadenkt. Dan gaat hij verder: “We leven met z’n allen op deze planeet, iedereen is zoals die is en iedereen verdiend een kans om te laten zien wat hij kan. Uiteindelijk maken we met elkaar de omgeving waarin we leven, laten we het dan zo prettig mogelijk maken voor elkaar.”
Van de straat
Een credo waar Uitentuis meermaals naar verwijst en waar het jonge, hippe Swapfiets ook voor staat. Dat deze twee hand in hand gaan is niet voor iedereen direct geloofwaardig: toen Swapfiets in augustus aangaf graag een samenwerking aan te gaan met daklozen, bekeken veel mensen dit met scheve ogen. Een gewaagde actie waardoor Swapfiets plotseling als de brutaalste jongen van de klas werd gezien. De Daklozenvakbond sprak zelfs van “moderne slavernij”, omdat de heren van Swapfiets de daklozen geen salaris maar onderdak zouden aanbieden.
Volgens Steven een complete misvatting. “We wilden de vicieuze cirkel van diefstal en het kopen van een gestolen fiets doorbreken. Door met de mensen die op straat leven de dialoog aan te gaan, hoopten we een oplossing te vinden voor dit probleem.” In ruil voor samenwerking wilden de Delftenaren de daklozen in ieder geval plek voor overnachting aanbieden, een gepaste tegenprestatie zou in overleg nog bepaald worden, legt Uitentuis uit. “Dat is verkeerd geïnterpreteerd waardoor het juist sensatie veroorzaakte.” Spijt hebben ze bij Swapfiets niet van hun actie: “We hebben met een aantal daklozen samengewerkt die ons hele goede tips hebben gegeven en ook aangaven dat ze het heel leuk vonden om ons te helpen.
Steven Uitentuis (mede-oprichter van Swapfiets)
Dankzij hun werk hebben we heel wat nieuwe studenten bereikt die nu rondfietsen op één van onze fietsen. Daarnaast hebben we ze aan het einde van de dag vanzelfsprekend geen vijf euro toegestopt maar een normaal salaris uitbetaald.” Uitentuis blijft dan ook vasthouden aan zijn positieve kant van het verhaal. “Wij staan open om met iedereen uit de samenleving samen te werken en het maakt mij niet uit of het een dakloze of een CEO is, iedereen draagt op zijn manier een steentje bij.”
Sociaal voor het milieu
En zo wil Swapfiets het fietsen gemakkelijker en aantrekkelijker maken. Steven: “Wij zijn zelf een onderdeel van een beweging die van bezit naar gebruik gaat. De belangen van de producent liggen op een lijn met die van de consument.” En dat lijkt de sleutel van het succes bij Swapfiets: iets moet het zo lang mogelijk doen want dat scheelt voor de klant maar ook voor de leverancier. Een klassieke win-win situatie die tot slot nog wordt versterkt door wat Uitentuis het allerbelangrijkste vindt: het milieu, want hoe minder er stuk gaat, hoe minder afval het oplevert.
Wederom denkt Uitentuis even na waarna hij zijn verhaal met overtuiging vervolgd: “Ik vind dat sociaal ondernemen niet alleen inhoudt dat je bezig bent met verschillende soorten mensen in de samenleving, het is ook kijken naar wat het beste is voor het milieu. Voor mij valt dat allemaal samen. We zitten toch met z’n allen op deze aardbol en moeten het doen met wat we hebben. Sociaal ondernemen lijkt mij dan meer dan logisch: kijken wat voor iedereen het beste is, daarvoor moet je af en toe de korte termijn winsten voor lief nemen om op de lange termijn de baten te hebben.”
Reacties